Waar let je nu het best op bij het kopen van schoenen en waarom zijn goede schoenen zo belangrijk?

 

Er zijn zeer veel verschillende soorten schoenen: Wandelschoenen, sandalen, slippers, pumps, sportschoenen, veiligheidsschoenen, etc.

 

Schoenen bieden bescherming aan de voeten tegen vuil, een harde ondergrond, kou etc. De vorm van de schoen is zeer mode-gevoelig.

 

Let bij het kopen van nieuwe schoenen zeker op de volgende punten:

• Koop schoenen aan het einde van de dag. Voeten kunnen in de loop van de dag dikker worden.

• Pas beide schoenen in de winkel. Voeten kunnen links en rechts in lengte verschillen.

• Goede schoenen zijn gemaakt van materiaal dat lucht en vocht doorlaat: materiaal dat 'ademt'.

• Voeten kunnen naar mate de leeftijd vordert iets groter worden.

• Zorg ervoor dat de hak niet hoger is dan 2 vingers (maximaal 4 cm).

• Zorg ervoor dat de schoen sluit over de wreef. Riempjes, bandjes, klittenband of veters kunnen de schoen goed vasthouden over de wreef.

• De zool moet niet te glad zijn. Bij voorkeur rubber of een andere stroef materiaal zo mogelijk met een profiel.

 

Als u de schoen in de hand heeft kunt u de schoen als volgt testen:

• Is de schoen rond de hiel stevig? Voel met je duim of de achterzijde van de schoen in te drukken is.

• Buigt de schoen waar je tenen buigen als je op je tenen staat? Als je de schoen buigt is dat ongeveer bij de bal van de voet. Dan is de schoen goed. De zool hoort niet ergens anders te buigen.

• De zool van de schoen mag niet te slap zijn. Probeer de neus en de hak van de schoen in tegengestelde richting te draaien (“wringen”). Gaat dit moeilijk dan is de zool stevig en dus goed.

 

Tips tijdens het passen van schoenen:

• De schoen moet aan de voorkant een duimbreedte langer zijn dan de voet. Je kunt dit staand laten meten door de schoenverkoper. Ook kun je de voet staand naar voren schuiven en controleren of er een vingerdikte ruimte ontstaan achterin de schoen. Tot slot is het een manier om de omtrek van de voet uit te knippen op papier en in de schoen te leggen. Bij kinderen is dit een handige manier om de juiste maat te bepalen.

• De schoen moet breed genoeg zijn, maar niet te breed. Tijdens het lopen mogen de tenen niet naar voren schuiven. Ook moeten de tenen niet tegen de zijkant van de schoen gedrukt worden.

• Controleer of de tenen genoeg ruimte hebben. Als je staat moet je de tenen nog een beetje omhoog kunnen wiebelen.

 

Steunzolen, soms zijn ze noodzakelijk:

Draagt je steunzolen hou er dan rekening mee dat de schoen een uitneembaar voetbed heeft. Neem de steunzolen mee tijdens het passen. Dit voorkomt pasproblemen achteraf.

 

Schoenen die slecht passen kunnen de volgende voetklachten veroorzaken:

• Een pijnlijke voorvoet
• Hallux valgus (scheve grote teen)
• Scheve stand van andere tenen
• Likdoorns
• Eeltplekken
• Blaren

 

Goede schoenen kunnen voetproblemen niet altijd voorkomen. We denken wel dat de kans op voetproblemen kleiner wordt als je goede schoenen draagt. Als je al voetklachten hebt, kunnen goed passende schoenen ervoor zorgen dat je klachten verminderen.